HET VERTALEN VAN MASKERS

Arnold Schalks, 2007-2009, de Surinoemer, publicatie, onafhankelijk nieuwsblad, Wim Pijbes, Kurt Nahar, Steve Ammersingh, Casper Hoogzaad, Thomas Meijer zu Schlochtern, Roddney Tjon Poen Gie, Ravi Rajcoomar, Alida Neslo, Roberto Tjon a Meeuw, Ralph van Meijgaard, Nederlands-Surinaams uitwisselingsproject ArtRoPa, Wansma kondre, Afro-Surinaams cultureel centrum NAKS, Nola Hatterman Art Academy, Tori Oso, Academie voor Hoger Kunst en Cultuur Onderwijs, Instituut voor de Opleiding van Leraren, boekhandel Varekamp, Paramaribo, Centrum Beeldende Kunst Rotterdam, Ravi Rajcoomar, foto: Arnold Schalks

Ravi Rajcoomar in het Rotterdamse gastatelier voor zijn nieuwe werk 'Double Life'. / foto © Arnold Schalks

Als ik Roddney's atelier verlaat is het ruim twee uur later. De tweede Surinaamse artist in residence Ravi Rajcoomar (1973, Georgetown, Guyana) heeft al mobiel gebeld om te informeren waar ik blijf. Voor me daalt Roddney beheerst de trap af. Op de eerste verdieping is het gastatelier van Ravi. Zijn werkvloer is al danig bezet met werk. Op de tafel waaraan we zitten liggen twee uit papieren servetten geknipte maskers. Aan de wanden hangen beschilderde doeken. Ze maken deel uit van een nieuw werk met de titel Double life, over mensen die gelijktijdig twee rollen spelen. Een spel van schijn en werkelijkheid. De spiegelbeeldig geschreven Engelse teksten op de doeken reflecteren wat er in hoofden zoal om kan gaan. Om te beginnen peilen we die van ons.

van onze redacteur Arnold Schalks

Duende is niet Ravi's eerste residency in Nederland. Daarvoor was hij twee maanden in Amsterdam voor een oriëntatiebezoek aan de Gerrit Rietveld Academie in het kader van een uitwisseling met docenten van de Nola Hatterman Art Academy waaraan Ravi sinds 1998 als docent verbonden is. Ik vraag hem wat hij in Amsterdam heeft gedaan.

'Ik en een collega van Nola waren de eerste docenten die werden uitgekozen om ons in Amsterdam te komen oriënteren. Daar hebben we gekeken hoe ze op de Rietveld lesgeven. Door de komst van docenten van de Rietveld op Nola wisten we al, dat men in Nederland anders te werk gaat. In Suriname werken we wat traditioneler aan de basistechnieken van tekenen en schilderen. In Nederland gaat het eerder om denkwerk, om onderzoek naar een opdracht of thema. De studenten werken er allemaal zelfstandig. Dat is voor ons een hele andere manier om kennis over te dragen.'

Was je tijdens je verblijf aan een bepaalde afdeling verbonden?

'Nee, we hebben zo'n beetje alles gezien en vooral ook vakken die we op Nola zouden willen introduceren. Bijvoorbeeld grafisch ontwerpen, werken met beeld en geluid, of druktechnieken. We weten dat onze studenten daarin geïnteresseerd zijn. Docenten uit Nederland hebben in het verleden al eens workshops zeefdrukken en etsen gegeven en dat was een groot succes. We zouden die vakken in ons lesprogramma willen opnemen. Het probleem is, dat we weinig ruimte en apparatuur hebben. We bekijken met de Rietveld of daar iets geregeld kan worden.'

De Academie voor Hoger Kunst en Cultuur Onderwijs (AHKCO) beschikt wel over een afdeling grafische vormgeving. Zouden Nola en de AHKCO hun krachten niet moeten bundelen?

'Ik begrijp niet waarom er wrijving is tussen die twee instituten. In sommige gevallen werken we wel samen, zoals bij het project met 'the one minute' videos (http://www.ahkco.net/tom_sr.html, red.). Of toen ex-AHKCO student Remy Jungerman een zeefdrukworkshop gaf op Nola. Als we onze krachten zouden bundelen, zouden we onze studenten meer mogelijkheden kunnen bieden. Het is maar vijf minuten lopen van Nola naar de AHKCO. Ik heb er zelf nooit aan gedacht, maar het zou best kunnen dat ik een keer met de mensen van de AHKCO ga praten.'

Ravi geeft op Nola les in het vak figuur- en portret-tekenen. Ik vraag hem wat hij op de Rietveld heeft geleerd over zijn vak?

'Op het gebied van mijn vak helemaal niets. Er is daar geen afdeling waar ze bezig zijn met modeltekenen. Dat wist ik niet van tevoren. Ze werken daar met een totaal andere opzet, heel conceptueel. Je ziet wel dat studenten bezig zijn met figuren of gezichten maar dan vanuit een heel andere benadering. Het is interessant om te zien hoe ze daar mee omgaan. Maar bij ons zijn de basistechnieken van het modeltekenen toch erg belangrijk. Ik zou dat niet willen verliezen.'

Zou je het vak modeltekenen conceptueel kunnen benaderen?

'Ik kan me een andere manier voorstellen om een figuur op te zetten door, in plaats van te tekenen, stukjes papier of bladeren te gebruiken. Met dat andere materiaal krijgen de studenten het gevoel hoe ze iets moeten opbouwen. Ik wil zo'n andere manier altijd weer combineren met tekenen. Elf jaar geleden gaf ik boetseerles. Door te boetseren kregen de studenten het gevoel voor een gezicht. Als ze dat daarna moesten tekenen, zat dat gevoel al in hun handen.'

Hij heeft de kennis die hij op de Rietveld heeft opgedaan nog niet op Nola in de praktijk kunnen brengen omdat hij na zijn terugkomst in Paramaribo snel weer naar Nederland moest voor het ArtRoPa-project. Hij kan zijn ervaringen pas in oktober toepassen in de les. Omdat er voor mij geen rechte lijn loopt van het kop- en figuurtekenen naar het conceptueler taalwerk dat nu zijn atelier siert vraag ik hem iets over zijn loopbaan als kunstenaar te vertellen.

'Het is op de lagere school begonnen. Ik was altijd bezig met tekenen. Op alle scholen waar ik heb gezeten kreeg ik altijd de hoogste cijfers van de klas. Er werden opdrachten gegeven: een landschap, een stilleven, een vrije opdracht. Ik was altijd een uitschieter. Op de Mulo had ik een klasgenoot die op Nola zat. Hij was goed, maar ze vonden mij toch beter. Na de Mulo ben ik naar de technische school gegaan. Ik leerde daar automontage en kreeg technisch tekenen. Daarin was ik ook goed. De docenten raadden me aan me verder te ontplooien. Na jaren heb ik die klasgenoot van de Mulo toen weer ontmoet. Hij vroeg me of ik nog wat deed met tekenen. Hijzelf was allang met de kunst gestopt. Hij heeft me gemotiveerd om naar de academie te gaan. Ik had daar zelf nooit echt aan gedacht. Ik ben naar huis gegaan en ben me diezelfde dag nog gaan inschrijven bij Nola. Vanaf dat moment was ik verliefd op tekenen en schilderen. Je denkt dat je kunt tekenen, maar wanneer je echte kunstwerken ziet, dan wil je dat niveau ook bereiken. Ik heb heel hard gewerkt tijdens mijn studiejaren. Ik was altijd heel goed in kop- en figuurtekenen. Toen ik afstudeerde heeft Nola me gevraagd of ik niet lessen in dat vak wilde verzorgen. Ik ben als docent aangenomen en geef er nog steeds les.'

Waaruit bestond jouw eindexamen?

'Het was vroeger zo, dat je voor elk vak tien werken moest laten zien. Het ging om zeven à acht vakken. Men keek dan vooral naar technische vaardigheden en materiaalgebruik.'

Zijn antwoord op mijn vraag met welk vak hij de meeste moeite had is ontwapenend:

'Mijn moeilijkste vak was fantasie. Ik kon wel zelf dingen bedenken, maar het uitbeelden ervan kostte me de meeste moeite.'

En wat gebeurde er na de academie?

'Als je bent afgestudeerd ben je zelfstandig en moet je je eigen weg zien te vinden. Maar je kan een jaar lang op Nola onder begeleiding blijven werken. Er wordt af en toe op je werk gereageerd en zo kom je op andere ideeën. Je wordt gestimuleerd om door te gaan met de dingen waarvan je echt houdt.'

Wat zijn de dingen die je nu het meest inspireren?

'Na het kop- en figuurtekenen zijn maskers mijn inspiratiebron. Tijdens een carnavalsoptocht in Paramaribo in februari werd ik geraakt door de maskers die de mensen op hadden. Je ziet zoveel mensen, maar door hun maskers weet je niet met wie je te maken hebt. Het gaat mij niet om het masker zelf, maar om wat erachter schuilt. Hoe mensen zich voordoen is ook een masker. Zo ben ik begonnen met maskers tekenen. '

Maar een masker kan toch ook naar een feest verwijzen?

'Ik heb het over hoe mensen zich kunnen verbergen om te bereiken wat ze willen, zonder dat jij je er bewust van bent. Ik heb zelf veel gezien in het dagelijks leven. Door te observeren begrijp je hoe het kan gaan. Met mijn werk wil ik de mensen daarvan bewust maken. Ik vind het ook als kunstenaar belangrijk dat mensen beter opletten en voorzichtiger zijn. Vooral jonge mensen die aan drugs beginnen. Ik wil altijd dat mensen de goede kant opgaan.'

Kunnen de mensen dat uit je werk aflezen?

'Ik heb een statement over mijn werk. Maar als mensen naar mijn werk kijken kunnen ze het eigenlijk niet zomaar begrijpen. Voor mij is het dan altijd het leukste om over mijn werk te vertellen en voorbeelden aan te halen. Als de mensen daarna mijn statement lezen komen ze altijd weer bij me terug en zeggen: 'Je hebt gelijk.''

Op mijn vraag of hij zelf een masker draagt antwoordt hij ontkennend. 'Maar is taal dan misschien een masker?', probeer ik vervolgens.

'Voor mij wel. Ik vertaal het masker door te schrijven.'

Mijn blik dwaalt langs de wanden van zijn atelier. In de in spiegelschrift aangebrachte Engelse teksten ontcijfer ik aanbevelingen met een sterk maatschappelijke betrokkenheid. Bijvoorbeeld om toch vooral jezelf te zijn en verschillen te accepteren. Is etniciteit dan misschien ook een masker?

'We leven in Suriname in een multiculturele samenleving. Dat inspireert mij. Het leidt tot goede en slechte dingen. Wat ik bijvoorbeeld niet snap is, waarom mensen bezig zijn anderen uit te sluiten. Wat we nodig hebben is openheid tegenover elkaar.'

De komende parlementsverkiezingen bieden Surinamers een kans om hun kritiek op de huidige gang van zaken in daden om te zetten. Als ik hem vraag hoe hij daarover denkt wordt ik opgeschrikt door het kabaal van een op hol geslagen kunstfluiter. Het is de ringtone van Ravi's mobieltje. Hij wimpelt de beller af en steekt een sigaret op.

'Ik ben niet echt een politiek mens. Ik zie wel hoe mensen worden aangetrokken door een partij. Maar wanneer die partij zijn doel heeft bereikt kijkt die nooit meer naar de mensen om. Wanneer het dan niet goed gaat klagen diezelfde mensen die op die partij hebben gestemd dat het niet goed gaat. Hebben ze dan wel goed over hun stem nagedacht? Als ik 's morgens vroeg niet opsta om te werken weet ik dat ik geen brood op tafel kan zetten. Die partijen gaan het echt niet voor mij brengen. Daarom hou ik niet van de politiek'

Ravi is nu voor de tweede keer in Europa. Ziet hij een bestaansmogelijkheid buiten Suriname?

'Het gaat mij om de mogelijkheden die ik hier heb. In Suriname kan ik bijvoorbeeld niet zo'n groot werk maken. Ik kan als kunstenaar wel ideeën hebben, maar in Suriname heb ik de ruimte niet om het uit te voeren. Daarom zou ik veel hier willen doen. Maar ik wil ook graag de dingen die ik geleerd en gezien heb aan mijn studenten overdragen en mijn ideeën uitwisselen met andere mensen die daarin geïnteresseerd zijn. Suriname is ondanks alles een heerlijk land. Ik wil er altijd blijven wonen. Met politiek bemoei ik me zo min mogelijk. Er moeten gewoon jonge mensen aan de beurt komen met frisse ideeën. That's it.'

Heb je jezelf een bepaald doel gesteld voor dit verblijf?

'Ik ben al een paar jaar geïnteresseerd in installaties en videokunst. Het zijn vormen van kunst die heel weinig worden beoefend in Suriname. Daar is men meer gehecht aan traditionele schilderkunst. Maar Marcel Pinas, Kurt Nahar en George Struikelblok hebben installaties in Suriname geïntroduceerd. Zij hebben laten zien dat je door andere materialen te gebruiken dezelfde boodschap kunt overbrengen. Dat interesseert me. Ik wil vooral de videokunst in Suriname introduceren.'

Wat heeft je residency tot nu toe opgebracht?

'Ik ben in 1998 afgestudeerd en heb nooit een kans gehad om me op het buitenland te oriënteren. Het is voor een kunstenaar belangrijk dat je veel ziet om je werk sterker te maken. In Amsterdam had ik niet veel gelegenheid om kunst te gaan zien. Daar was het werk, werk, werk. Ik had van Duende niet anders verwacht, maar dat gebeurt nu. Ralph van Meijgaard heeft mij en Roddney naar diverse musea en galeries gebracht in Den Haag en Rotterdam. Zo'n begeleiding had ik niet verwacht. Zonder hem waren we niet ver gekomen. De afgelopen drie weken waren erg leerrijk voor ons. Ik heb zelf nog niet veel contacten kunnen leggen, maar dat gaat zeker gebeuren.'

Hoe denk je deze residency af te sluiten?

'We krijgen van het CBK 'Rechtsachter' aangeboden als expositieruimte voor onze eindpresentatie. Die ruimte vind ik een beetje te klein voor mijn werk. Ik wil simultaan met de tentoonstelling in het CBK iets in mijn atelier in Duende doen. Ik ben nu ook alvast werk aan het maken voor de ArtRoPa slottentoonstelling in 2010. Als ik in oktober 2009 terug ben in Suriname wil ik een solotentoonstelling plannen met verschillende media.'

(bron: 'de Surinoemer', 3e jaargang | No. 2 / pagina 4-7 / 14 augustus 2009)